Grijs LüderitzWe maken een tripje over het schiereiland bij Lüderitz. Het weer is grijs, niet zo goed voor de foto's, maar wel voor de sfeer, vooral bij Diaz Point, de eerste stop. Bij het naderen komt een oude vuurtoren tevoorschijn uit de nevel. Even verder ligt het eigenlijke Diaz Point, het punt waar de eerste Portugezen in 1498 Namibië binnenkwamen, Er staat een replica van het kruis dat door hen werd opgericht. De houten brug erheen is vergaan, aan beide zijden van de rivierbedding staan nog scheefhangende, verweerde restanten, met niets ertussen. Bij alle verdere uitzichtspunten zijn grillige formaties van rotsen en lagen steen waarop de branding hoog opspat. Er zouden flamingo's moeten zijn, maar we zien er zegge en schrijve één. Voor de pinguïns op een eiland vlak voor de kust is het te nevelig. Net als bij het bestellen van de vliegtickets gaat ook de afronding van de creditcardbetaling voor de vakantiebungalow die we in Nederland voor ons verblijf in december huren niet zonder slag of stoot. Creditcardbedrijven zijn geniaal in het bedenken van nieuwe veiligheidsverificaties die plotseling onuitgelegd oppoppen en dan blijven hangen of allerlei extra handelingen vragen die nauwelijks uitvoerbaar zijn op een klein telefoonschermpje met langzaam en onbetrouwbaar internet terwijl de deadline voor het plaatsen van de bestelling nadert. Kolmanskop, een spookstadje dat we bekijken vlak bij Lüderitz was een levendig plaatsje met een ziekenhuis, een gymzaal en een kegelbaan toen er diamanten gevonden werden aan het begin van de twintigste eeuw, maar het werd verlaten toen bleek dat de beste vindplaatsen zuidelijker lagen. Nu staan er fotogenieke bouwvallen van huizen, half onder het zand. Daarna rijden we over een rechte, saaie asfaltweg door de woestijn naar Rosh Pinjah, een welvarend stadje door de zinkmijnen in de buurt. Onderweg belanden we in een serieuze regen-en onweersbui. We zien de plassen op het woestijnzand en zijn benieuwd naar de reactie van de woestijnplanten. Komen we erin?Met een pontje komen we in Richtersveld National Park in Zuid Afrika. We zijn benieuwd hoe we de grens over komen, omdat we immers ons rantsoen van negentig dagen Zuid Afrika voor dit jaar al verbruikt hebben. Ons wordt eerst nadrukkelijk gevraagd of we sinds het vorige bezoek nog terug naar Nederland geweest zijn en hoewel we dat naar waarheid ontkennen krijgen we toch opnieuw negentig dagen. "Ik mag het jullie eigenlijk niet geven, maar er is een probleem met de computer, dus ik kan niet anders." is de verklaring. Dat hadden ze eerder moeten zeggen... Het Richtersveld is veel minder ontwikkeld dan andere parken in Zuid Afrika: de wegen zijn uitsluitend 4x4 en campings hebben sanitair, maar niet de faciliteiten van bijvoorbeeld Kruger. Er is weinig wild, het gaat om het landschap: woestijnachtig, maar met veel variatie aan planten, bergen en de Oranjerivier, nu eens geen rivierbedding, maar echt veel water. Een bijzondere plant is de "halfmens", een stam met daarop een paar vertakkingen als een soort armen die altijd naar het noorden groeien. Volgense de legende zijn het mensen die uit hun gebied verjaagd werden en gestraft werden omdat ze achterom keken, de lokale Sodom-en-Gomorravariant. We staan op een camping direct aan de rivier; een fantastische plek, alleen de zandstorm 's middags is minder. Vooral bij de rivier en op de passen wordt duidelijk waarom het een 4x4 only park is, op de "goede" stukken is alleen veel wasbord. Maar de uitzichten over bergen en woestijn en ook de enorme variatie aan planten die weten te overleven in dit klimaat maken alles goed. We komen één keer in het zand vast te zitten na een verkeerde afslag waarbij we in een rivierbedding belanden, maar ook nu doet banden leeg laten lopen weer de truc. Als we het Richtersveld uitgaan terug naar Namibië treffen we bij de uitreis de immigration officer die ons bij de inreis negentig dagen gaf. We krijgen te horen "dat we nog een paar dagen terug mogen komen, maar zeker geen negentig"; ze zit er duidelijk mee in haar maag. Aan de Namibische kant besteedt een politieman een kwartier aan controle van de auto "op zoek naar diamanten". Het is uit nieuwsgierigheid en tegen de verveling, maar zeker geen gestructureerd onderzoek: uitgebreid wroeten in de tas van Magriet, maar geen enkele kruipdoorsluipdoorplek. Historische grond We kamperen in Ai-Ais. Het is historische grond, want hier ontmoetten wij acht jaar geleden Ellen en Jeroen, een Nederlands koppel dat met een Landrover langs de westkust naar Namibië gereden was. Na een avondje praten was het zaadje van onze reis geplant: als zij het kunnen, kunnen wij het ook. Helaas hadden we geen contactgegevens en hebben we nooit meer contact gehad. We proberen de wandeling te maken die we bij ons vorige bezoek ook probeerden: een stuk de canyon inlopen. Toen moesten we terug vluchten voor de regen, nu gebeurt precies hetzelfde. 's middags komen we bij in de thermische baden. We komen nog even Thomas en Constanze tegen, een Duits koppel dat we in de Namib-Naukluftwoestijn al ontmoet hadden en dat met een vrachtauto ongeveer dezelfde route gereden heeft als wij. Fish River Canyon, de volgende stop, is een van de grootste canyons ter wereld en uniek voor Afrika (video). De vorming begon twee miljard jaar geleden. We bekijken hem twee keer, een keer overdag en opnieuw bij zonsondergang, een indrukwekkende kloof, uitgesleten in het vlakke land. De nieuwe driemaandenstempel voor Zuid Afrika doet wonderen: op weg naar Kglagadi Transfrontier Park zijn we zonder enige discussie in vijf minuten de grens naar Zuid Afrika weer over. Naar Upington is het verder een lange saaie rit, waarop je iedere tien minuten een keer kunt proberen of je stuur het nog doet. Na de tussenstop in Upingon om boodschappen te doen komen we op een camping 35 van het park op Kgalagadi Game Reserve, een privé-reserve. Jacob, onze gids had gewaarschuwd: er is te veel wind voor de specialiteit sporen en dat klopte. Maar hij vertelt zo enthousiast over de zoogdieren, reptielen en insecten die er leven dat het toch erg de moeite waard is. Bij de ingang van het park, dat gedeeltelijk in Zuid Afrika en gedeeltelijk in Botswana ligt, gaan we Zuid Afrika formeel uit, maar nog geen ander land in. De weg ligt op de grens. We zien gemsbokken, springbokken, struisvogels en een oude mannetjesleeuw die een pen van een stekelvarken in zijn bek heeft en er beroerd uitziet; hij staat op, gaat liggen en sleept zich daarna weer verder. De camping ligt aan de kant van Botswana en is er dus ook een naar Botswana-traditie: 4x4 only, mooie plekken, diep zand. Tegen de avond pakken dikke wolken boven ons samen en onweert het langdurig. Er valt wat regen, maar niet de hoeveelheid waar iedereen op hoopt. Toch is het park duidelijk minder droog en meer begroeid dan de Namibische woestijn: een landschap van rode zandduinen met bomen en struiken. De gewonde leeuw laat zich niet meer zien, wel veel vogels. We zijn vroeg op de camping met vier kampeerplekken, weer in Botswana; er is een net gebouwtje met sanitair, maar geen water. Een "bakkie" komt aanrijden met vijf mannen erin om schoon te maken. Ze draaien aan alle kranen, zonder succes. Twee mannen vegen de vloer van het gebouwtje, drie kijken ernaar, meer kunnen ze niet doen zonder water. De motor van hun nieuwe LandCruiser blijft aan voor de airco, portier wijd open. Dan rijden ze weg, ze zullen de pomp aanzetten. Later horen we water, aan de dameskant werkt één kraan en geen stortbakken, de heren hebben meer geluk. Al is het Botswana, het blijft Afrika. Richting de Namibische grens zien we een cheetah en horen verderop dat we net een kill door een andere cheetah gemist hebben. Ook zien we nog een wilde kat (die overigens best veel op de poes van de buren lijkt). Terwijl we een poosje wachten tot de receptie van de camping waar we willen kamperen opengaat blijkt een van onze banden leeggelopen te zijn, de eerste lekke band in bijna tachtigduizend kilometer. Met hulp van campingpersoneel is de band snel gewisseld en het lek gerepareerd. De camping is alweer zo'n fantastische Namibische plek, alleen op een zandduin met eigen sanitair en een weids uitzicht. Klaar voor de start...In Windhoek kamperen we bij de Elisenheim Guest Farm. Het is een plek waar veel overlanders komen en inderdaad staat het er vol mee. We laten er we twee nieuwe banden omleggen. Het is een karakterloze stad en we vinden de mensen niet vriendelijk. 's avonds ontmoeten we Eddi en Gisela die twintig jaar rondgereisd hebben over vijf continenten en rijden de volgende dag naar Spitzkoppe, een berg met een Matterhornachtige vorm waar we kamperen tussen rotsen en keien met de meest bizarre opstapelingen. Het lijkt weer wild kamperen, zo ver liggen de plekken uit elkaar. Alleen de grijze lucht valt tegen; je merkt dat we naar de regentijd toegaan. Bij die alte Brücke in Swakopmund, onze een-na-laatste camping heeft iedere plek heeft zij eigen afsluitbare douche/toilet en spoelbak; handig voor het poetsen voordat Dappere Dodo de container ingaat. We maken met moeite een afspraak voor een servicebeurt: voor het eerst deze reis kunnen we niet direct of de volgende dag terecht. We besteden de tijd aan wassen, poetsen, sorteren, dingen meten en fotograferen die vervangen moeten worden en kleine reparaties. Het is leuk om te zien hoeveel overlanders we de laatste dagen in Namibië opeens tegenkomen, vooral Duitsers. De dag dat Dappere Dodo de container in moet begint voorspoedig: hij past erin, zelfs zonder dat we de banden leeg moeten laten lopen en de man van de douane is binnen een minuut tevreden. Dan komt er toch nog een kink in de kabel: ons carnet is verlopen en dat is opeens illegaal. We zijn drie keer Namibië binnengekomen met het verlopen carnet en drie keer andere landen van de douane-unie. Steeds hebben we gevraagd het niet in te stempelen en steeds is dat zonder discussie gedaan. We hadden ook op allerlei plekken gelezen dat voor Namibië een carnet niet nodig is. Dat blijkt dus voor Europese kentekens wel het geval te zijn. Ook de shipping agent hadden we twee keer gevraagd of het verlopen carnet een probleem was en twee keer was het antwoord "nee". Wel dus! Het douanemannetje in Walvisbaai kan niet beslissen wat er moet gebeuren en moet een bobo in Windhoek bellen. Die is niet bereikbaar of lunchen, maar na een derde bezoek aan het douanekantoor (drie keer is hier echt scheepsrecht) komt het verlossende woord: voor deze keer wordt het carnet gestempeld als we het noooooit meer doen. Wij kijken heel schuldig en beloven het. We overnachten bij een prima BnB waarvan de eigenaresse er op staat ons met haar auto weg te brengen en te halen als we willen gaan lopen: "White men don't walk ". Het vertrek uit Walvisbaai is volgens dienstregeling om kwart voor drie, maar de vlucht naar Johannesburg blijkt twee uur vertraging te hebben. Maar zoals Johan Cruyff al zei: "Ieder nadeel hep se voordeel." We missen de aansluiting voor de vlucht naar Dubai en worden daarom overgeboekt op een KLM-vlucht rechtstreeks naar Amsterdam. Dat betekent drie uur eerder in Amsterdam, geen overstap midden in de nacht en toegang tot de lounge met de frequent-flyer-kaart van Jan. Helaas is het toestel tot de laatste stoel gevuld, dus het wordt een zitplaats driehoog achter; zelfs de hoogste frequent-flyer-status helpt niet. Omdat ons eigen huis verhuurd is hebben zitten we voorlopig zes weken in een vakantiebungalow in Nederland. Daarna op naar Zuid Amerika.
2 Comments
Lotte
12/4/2016 05:20:03
Beste Margriet en Jan,
Reply
21/4/2016 17:55:26
Leuk om te horen dat jullie een succesvolle reis gehad hebben. Hong Kong is ook interessant, maar inderdaad heel anders. Wij zijn nu i.v.m. familieomstandigheden even in Nederland, maar hopen over anderhalve week weer naar Chili te vliegen.
Reply
Leave a Reply. |
NieuwsbriefWanneer het internet te langzaam is of gecensureerd wordt kunnen we soms onze site niet bijwerken. We publiceren dan een nieuwsbrief. Meld je aan voor updateberichten om hem te ontvangen.
BlogBlog van onze reizen. Selecteer "Trip ..." in categoriën hieronder om een specifieke reis te kiezen en "Land..." voor een bepaald land.
Categorieën
All
Archief
January 2020
|