Muziek bij de douaneWe gaan aan de westkant van Patagonië naar het noorden, waarbij we regelmatig de grens tussen Chili en Argentinië oversteken en van natuurgebied naar natuurpark rijden met bijna steeds uitzicht op diepblauwe meren en gletsjers en prima wandelingen maken over de uitstekende paden in de parken. De Cueva de las Manos is een UNESCO heritage site met de oudste rotstekeningen van Zuid Amerika. Het gebied werd twaalfduizend jaar geleden al bewoond door seminomadische jagers/verzamelaars die in families van vijfentwintig tot dertig personen samen leefden. Bijzonder is dat niet alleen tekeningen van dieren en jagers te zien zijn, zoals we die ook op andere plekken gezien hebben, maar heel veel handen van mannen, vrouwen en kinderen. De handen hadden een symbolische betekenis, onder andere als kenmerk van het gebied van een familie. De handen werden als negatief afgebeeld: door de verf over de hand te blazen die op de rots gehouden werd, werd het contour getekend. De rondleiding is wegens vandalisme verplicht met een gids. We hebben een privégids die we vragen haar de rondleiding in duidelijk Spaans te doen en dat gaat verbazingwekkend goed. Af en toe moet een woord in het Engels vertaald worden, maar omdat ze duidelijk, niet te snel en met niet teveel accent spreekt is het heel goed te volgen; toch niet voor niets al die woordjes geleerd. In Posadas, 120 kilometer verderop zijn ook rotstekeningen, maar de situatie is heel anders. De plaats is niet aangegeven, niet beschermd en er is niemand aanwezig. De tekeningen zijn minder mooi en minder talrijk dan bij Cueva de las Manos, maar het ook wel eens leuk zelf archeoloogje te spelen. Opvallend is de kleur van de stenen: er zit veel koper in, daarom zijn ze groen of hebben ze een echte koperglans. Bij Posadas liggen Lago Posadas en Lago Pueyerredón, twee meren die door een dunne strip land gescheiden worden (video). Het lijkt een dijk, maar is natuurlijk ontstaan. Door de harde wind ontstaan golven als aan het strand. De witte schuimkoppen contrasteren met het felblauwe water tegen een achtergrond van besneeuwde bergen. We blijken niet voor niets steeds getankt hebben als dat kon: het tankstation in het dorp en het enige in een cirkel van zeventig kilometer is dicht; er hangt alleen een handgeschreven briefje "No hay combustibles" (er is geen brandstof). Via een heel kleine grensovergang gaan we weer naar Chili. Aan de Argentijnse kant zet een beambte alle stempels in een gebouwtje waar de kippen omheen rennen. In een huiskamer achter zijn kantoor oefent een collega die geen dienst heeft op een accordeon. We hadden gehoord dat uit verveling vaak uitgebreid gecontroleerd wordt, ook bij verlaten van het land, maar het is nu te druk met zes motoren voor ons en een auto erachter. Aan de Chileense kant krijgen we een hand voor de procedure begint en loopt het verder vlot. We doen nog wat boodschappen in de grootste supermarkt van Cochrane, zo'n typisch, rommelig plaatsje dat ver weg ligt van alles. De supermarkt heeft wel een grote collectie ijzerwaren, maar groente en fruit zijn beperkt en slecht: peren hebben al rotte plekken als ze aangevoerd worden. We moeten voor drie dagen eten hebben en met moeite lukt dat: UTP (jargon voor pasta met uien, tomaten, paprika en salami of kaas), hutspot en trekrijst (jargon voor rijst met corned beef, doperwtjes, uien en salade voor zover voorradig). We rijden noordwaarts langs de Carretera Austral, de "route 66" van Chili, een weg van meer dan duizend kilometer door onherbergzaam gebied. Het is een continue ansichtkaart van meren en rivieren in alle tinten blauw en besneeuwde bergen. Bij Rio Marmól (video), uitgesleten rotsen in het water die een systeem van tunnels en pilaren gevormd hebben, delen we een bootje met Richard en Ashley uit Canada van wie we de blog al een tijdje volgen en die we heel toevallig op de camping tegenkomen. Zij zijn in achttien maanden uit Vancouver gekomen. SchoenenIn Coyhaique we zien in een bouwmarkt nog echte houtovens. Jan zoekt er nieuwe schoenen, maar we merken dat Nederlanders op grotere voet leven dan Chilenen, Jan's maat 46 lijkt voorlopig net een maatje te hoog gegrepen, hoewel we later alsnog passende exemplaren vinden. Gelukkig vinden we zo'n klassieke schoenmaker, een man van zeventig, die zonder machinepark maar op een krukje tussen de schoenen naast een kacheltje en met een schoen op zijn schoot aan het repareren is en ook nog echte nieuwe laarzen maakt. Voor €7,50 repareert hij twee paar die in Nederland als total loss afgeschreven zouden zijn. Het beste paar gaat volgens hem weer drie jaar mee. Als we wat op zondagochtend boodschappen doen bij de Unimarc, de grote supermarktketen van Chili, staan we een uur in de rij bij de kassa terwijl tweederde van de kassa's niet gebruikt wordt en wel medewerkers boodschappen in tassen doen. Het is hetzelfde als we ook in zuidelijk Afrika gezien hebben: wel personeel, hoewel niet zo overdadig als in Afrika, maar niet gekwalificeerd om achter de kassa te zitten. Een tandheelkundige praktijk voert een provisorische reparatie uit van de afgebroken kroon van Margriet waarvan de levensduur niet gegarandeerd kan worden en dat blijkt: 's middags laat hij al los. Balen dus, want nu moet er een nieuwe kroon komen. Het P.N. Queulat (video), onze volgende stop, is voor het grootste gedeelte nevelwoud en dat zullen we weten ook. We horen de druppels uit de bomen op de auto en lopen door een nevel van heel fijne druppeltjes. Overal is groen en op de meest onmogelijke plekken groeien allerei soorten mos. Steeds horen we water stromen. We lopen naar het meer, maar zien af van een lange wandeling met uitzicht op de "hanging glacier" die waarschijnlijk toch niet te zien is. Kus van de tandartsAls we voor de zoveelste keer weer in Argentinië zijn belanden we bij Tumalin op een camping waar je één dag wilt blijven, maar die zo goed bevalt dat je een aantal dagen blijft hangen. Hij heeft een echte leemoven die Margriet gebruikt om pizza en brood te bakken. We bezoeken de watermolen met bijbehorend museum (video) en er is een plaatselijk feest (video): het Fiesta del Trillo, het dorsfeest van Tumalin, is een gezellig gebeuren zonder teveel vaart waar iedereen iedereen kent met als hoogtepunt het gezamelijk zingen van het Argentijnse volkslied. Er zijn kraampjes met etenswaren, bijvoorbeeld twee koeien die in z'n geheel geroosterd worden, oude voertuigen en landbouwwerktuigen en een smederij. Wie nog traditionele kleding in de kast had hangen heeft die aangetrokken. In Tumalin moeten ook wat dingen geregeld worden. Een van de achterbanden loopt langzaam leeg. Er blijkt een spijker van een centimeter of acht in te zitten; je vraagt je af hoe zoiets erin komt. Ook hebben we een adres gekregen voor gas. We hadden in Chili al naar gas gezocht, maar de meeste gashandelaren daar wilden niet vullen en wie wel wilde kon het niet, zelfs niet met de uit Nederland meegenomen verloopstukken. Nu gaat het beter: nadat we onze gastank een uur hebben achtergelaten bij een soort achtertuinhandeltje is de tank gevuld met behulp van een speciaal voor ons gemaakt verloopstuk. Ook moeten we onze pesos aanvullen. De enige geldautomaat in Trevelin accepteert onze bankkaarten niet, dus uiteindelijk rijden we nog vijftig kilometer om in Esquel, de volgende grote plaats, geld op te nemen. We wandelen in Parque Nacional Los Alerces. Alerces zijn bomen die heel groot en heel oud kunnen worden, de oudste in het park is 2600 jaar. Omdat ze heel geschikt waren als bouwmateriaal staan ze bijna alleen op slecht toegankelijke plekken. Voor de oude boom moet je een boottocht maken, gevolgd door een wandeling door regenwoud. We willen dat graag doen, maar beginnen nu echt te merken dat we buiten het toeristenseizoen komen: als we informeren blijkt de boot anderhalf uur eerder vertrokken en gaat de volgende pas over vijf dagen. Daar gaan we maar niet op wachten. Tijdens onze wandelingen met schitterende uitzichten over drie meren en een gletsjer en langs hoge bomen en dikke, omgewaaide stammen zien we een levende alerce van "maar" driehonderd jaar en een exemplaar van ongeveer een meter dik dat na achthonderd jaar is afgebroken. In El Bolsón staan we twee nachten op het terrein van Klaus en Claudia, die voor onze WA-verzekering gezorgd hebben. Ze hebben veertien jaar met de moter over de wereld gereisd, tot ze in 2004 in Argentinië neerstreken en daar een boerderij hebben waar ze hun eigen voedsel verbouwen. Ze maakten hun motorreis in een tijd dat dat nog niet gebruikelijk was en gingen naar China en Tibet in een periode dat dat eigenlijk niet kon. Ze zijn daarmee in Duitsland heel bekend geworden. In Bariloche laten we een in El Bolson aanbevolen ortodontist voor nogmaals naar de tand van Margriet kijken. Het vervangen van de kroon kost minimaal een maand inclusief een keer of vijf terugkomen, dus dat is niet echt een optie; het zal wel Nederland worden om er iets aan te laten doen. De oude kroon wordt er wel weer ingezet, dus hopelijk houdt hij met heel voorzichtig eten een poosje. De behandeling is inclusief een kus van de tandarts voor Margriet bij het binnenkomen en weggaan; kom daar maar eens om in Nederland. Zeeleeuwen voerenWe rijden de Zevenmerenroute (video). We hebben intussen zoveel mooie meren en bergen gezien dat we behoefte krijgen aan iets anders. We beginnen ook wel naar de warmte te verlangen. We willen via Parque Nacional Lanin naar Chiloé, een Chileens eiland gaan en dan verder naar het noorden. De Monte Lanin is een vulkanische berg met een Mount-Fujiachtige vorm. We hebben een kleine weg door het park uitgekozen om de grens met Chili over te gaan. De weg is zo klein dat, in tegenstelling tot wat de kaarten zeggen, het niet mogelijk is om de grens over te geen en we teruggestuurd worden. We overnachten vlak voor de overgang die wel open zou moeten zijn om onze laatste groente en fruit op te maken voordat er weer een Chileen mee vandoor gaat. We gaan in Chili naar Valdavia aan de Stille Oceaan (video). Op de vismarkt bij het water wordt de vis schoongemaakt en de restanten worden achteloos achter de kramen neergegooid. Het is niet alleen een lekkernij voor de klaarzittende aalscholvers, maar ook voor een stel enorme zeeleeuwen die bij de kramen liggen te wachten en zo volgevreten zijn dat ze alleen de lekkerste hapjes uitzoeken. We moeten zelfs een keer opzij springen voor een zeeleeuw die een stukje door de markt schuifelt, op weg naar het water. We kijken onze ogen uit naar wat er te koop is: niet alleen geweldige vissen en schaaldieren voor spotprijzen, maar ook op de groentemarkt zien we een kwaliteit die we lang niet meer tegenkwamen.
2 Comments
Geconfisceerde groenteIn Puerto San Julián onderbreken we het rijden een dagje. We laten de deur repareren die sinds het te hard openwaaien ontzet is, zodat hij niet meer open kan. Met een speciale truc is het binnen tien minuten geregeld. We willen een boottochtje naar een pinguïnkolonie maken, maar het waait te hard. Aan het einde van de middag worden we gebeld dat er toch nog gevaren wordt (video). We zien dolfijnen, een grote pinguïnkolonie en een grote aalscholverkolonie. De volgende dag rijden we het laatste stuk voor we de grens met Chili over zullen gaan. We kamperen achter een tankstation en truckers-ontmoetingsplaats; wel grappig, weer eens een andere vorm van de 24-uurs economie. Toiletten, warme douches, keuken, winkeltjes, wifi; alleen de douche moet betaald worden. Om in Vuurland te komen moeten we de grens over van Argentinië naar Chili, met de pont de Straat van Magelhaes over en dan weer de grens over naar Argentinië. De grens naar Chili voert langs vijf loketten. Zoals we ook bij de grens tussen Argentinië en Uruguay gezien hebben zitten de immigratie-officieren van beide landen broederlijk naast elkaar en gaat het paspoort rechtstreeks van de een naar de ander. Chili is ontzettend strikt dat geen groente, fruit of vlees ingevoerd worden. We hebben gehoord dat soms met honden gecontroleerd wordt en dat de boete wel €150 kan zijn, dus we nemen geen enkel risico. We hebben alles zoveel mogelijk opgemaakt en de ui, de aardappel, de knoflook en een witte kool die we nog over hebben blijven achter bij de grens. Welk Chileens gezin zou daar nu van eten? Gelukkig komt onze dure kaas wel door de ballotage. Het is goed dat we weten dat een tijdelijk invoerbewijs voor de auto in elk Zuidamerikaans land heel belangrijk is. Als je het niet hebt heb je grote problemen als je het land weer uit wilt; in het ergste geval wordt je teruggestuurd naar de grens waar je binnen kwam. De Argentijnse douane wil ons zonder een exemplaar wegsturen en pas na aandringen wordt hij gemaakt. We rijden onlangs de grenzen en de ferry toch nog 460 km en vinden uiteindelijk een prima wildkampeerplek. Dat is vaak nog niet zo gemakkelijk, omdat we niet in het zicht langs de doorgaande weg willen staan en er nauwelijks zijwegen zijn die niet met hekken zijn afgesloten. Het landschap wordt weer wat afwisselender, de wolkenluchten zijn prachtig. The end of nowhereUshuaia (video) is de meest zuidelijke stad ter wereld (als je een klein plaatsje in Chili niet meetelt tenminste). Overigens is meest zuidelijk een betrekkelijk begrip: het ligt dichter bij de evenaar dan Kopenhagen. Het landschap is totaal veranderd in vergelijking met de eindeloze pampa: bergen met bergmeren en besneeuwde toppen. Veel bomen hebben hebben een lichtgroene waas, het blijkt mos te zijn dat over alle takken hangt. De meeste bezoekers aan Ushuaia komen voor een bezoek aan Antartica, maar dat willen we maar laten schieten, want zelfs een last minute waar je soms een paar weken op moet wachten kost zevenduizend dollar per persoon. Alles is ontzettend duur, tweehonderdvijftig dollar per persoon voor een boottocht van drie à vier uur en acht euro voor een potje Nutella. We hebben een gezellige avond met Dave en Meryl, Engelsen die met een prachtig voertuig rondreizen. In Ushuaia doen we onderhoud met spullen die we uit Nederland hebben meegenomen, maken bij prachtig weer een tochtje langs de baai, een blauw meer met besneeuwde toppen op de achtergrond en onder een bewolkte lucht een ritje langs het Beaglekanaal.In het Parque Nacional del Tierra de Fuego maken we een paar wandelingen langs het blauwe water met witte sneeuwtoppen op de achtergrond. Als we Chili weer in gaan hebben we al onze groente en al ons fruit opgegeten of gekookt en dat is maar goed ook, want de controle is grondig. We kamperen wild op een mooie plek aan zee. Er is geen beschutting, maar de lucht is blauw en er is weinig wind, dus het is prima. In Chili steken we met de ferry over van Porvenir naar Punta Arenas. De ferry gaat maar één keer per dag en we hebben gelezen dat je beter kunt reserveren, maar het gaat allemaal goed. We zijn waarschijnlijk al ver genoeg uit het vakantieseizoen. Het is prachtig weer en we zitten heerlijk op het dek. Vriendelijke mensen, die Chilenen. We lopen een willekeurige apotheek binnen omdat we internettoegang met onze nieuwe SIM-kaart niet aan de praat krijgen. We hebben de helpdesk gebeld, maar hoewel het Chileense Spaans beter te verstaan is dan het Argentijnse gaat het allemaal een beetje te snel en van Engels hebben ze er nog nooit gehoord: "Neem maar een vertaler" is de reactie. Twee mensen bij de apotheek zijn er een half uur mee bezig, maar dan lukt het. In Punta Arenas kunnen we weer eens lekker boodschappen doen na de armoede door de grens. Het lijkt goedkoper dan in Argentinië. We staan bij een hostel met uitzicht op restanten van jarenzestig auto's. We gaan naar het openluchtmuseum waar replica's van drie historische schepen te zien zijn, onder andere de Beagle, waarmee Charles Darwin gevaren is. StormWe zijn Vuurland uit en rijden richting de Andes. Het doel is Nationaal Park Torres del Paine (video). Het eerste stuk is nog vlakke, kale pampa, maar langzaam verschijnen de hoge, besneeuwde toppen en de turquoise meren onder impressionistische wolkenpatronen. Het is kalenderplatenlandschap: steile, met sneeuw bedekte bergtoppen met daarvoor water in een onwaarschijnlijke kleur blauw. Bij het wandelen is het drukker dan we lang op vergelijkbare punten hebben meegemaakt, we moeten aan onze zomervakanties in de Pyreneeën denken. We hadden het ook al op de camping gemerkt; toen we gingen slapen waren we er bijna alleen, de volgende ochtend stonden er een stuk of tien auto's met tenten van weekendbezoekers. We krijgen ook te maken met de beruchte Patagonische storm. Als we wandelen waait het bij vlagen zo hard dat we ons alleen op een holletje voort kunnen laten blazen en moeten proberen niet te vallen. We moeten heel zorgvuldig een plekje zoeken en Dappere Dodo in de goede richting zetten om schade te voorkomen. Een van de nadelen van Dappere Dodo die we kenden toen we hem kochten is dat het niet mogelijk is te slapen met het dak naar beneden. Bij andere modellen kun je in noodgevallen een kleiner bed op tussenniveau maken, maar bij ons gaat dat niet omdat we hoge kastjes hebben. Slapen met dicht dak is nuttig als het te hard waait of als de omgeving onveilig lijkt. Tot nu toe hebben we nooit problemen mee gehad, In Dubai zijn we een keer van het strand weggegaan wegens de wind en in de stad gaan staan, maar dat was alles. In de loop van de avond doen we het dak naar beneden en overleggen wat we gaan doen als de wind niet gaat liggen. Kussens van de bankjes op de vloer leggen voor de een en een stoel voorin voor de ander en halverwege de nacht wisselen. Geen echt aantrekkelijk idee. Tegen de tijd dat we naar bed willen lijkt de wind iets minder te worden en doen we het dak weer open. Als we er goed en wel in liggen steekt de wind weer op. We blijven toch maar liggen en controleren een paar keer het tentdoek, maar alles lijkt heel te blijven. Alleen slapen met het harde geklapper van het tentdoek en schuddend in ons bed zit er niet in. Halverwege de nacht wordt het iets rustiger, zodat we toch nog een paar uur kunnen slapen. We wandelen naar het uitzicht op een gletscher waarvan het smeltwater in een helder blauw meer stroomt. In het meer liggen stukken ijs en sneeuw die een merkwaardige blauwe kleur hebben. Is dit nu het poor-men's Antartica? De rest van de dag doen we rustig aan, we voelen toch de korte nacht. Instortend ijsDe grensovergang onderweg naar El Calafate in Argentinië is kleiner dan waar we eerder waren. Formulieren worden met de hand ingevuld met carbonpapier en de autogegevens worden zorgvuldig in een heel groot boek geschreven. We moeten weer even aan Afrika denken. We verkijken ons ook weer op hoe leeg het hier is: we rekenen erop onderweg vers brood voor de lunch te kopen, maar gedurende de hele rit van 275 km komen we geen enkel dorpje tegen; we lunchen om half vier op de camping. Namen op de kaart zijn van regiokantoren of een tankstation waarvan voor het tanken eerst de dieselgenerator gestart moet worden. Op de camping van El Calafate komen we een Duits gezinnetje dat met een dochter van zes jaar en een van elf maanden al twee maanden door Zuid Amerika aan het fietsen is. Petje af! De jongste dochter is al een paar dagen ziek, dus Dappere Dodo mag even voor ambulance spelen, maar niet zo'n goede: pas bij het derde ziekenhuis dat we op Open Streetmap vinden kan ze na een slingertocht door El Calafate terecht. We hebben over El Calafate verhalen gehoord van anderhalf uur wachten bij een tankstation en van lege pinautomaten, maar daar hebben we geen last van; hoewel er nog veel toeristen zijn is het hoogseizoen voorbij. Een kleine mijlpaal: we hebben (op de teller) meer dan honderdduizend kilometer met Dappere Dodo gereden. Glaciar Perito Moreno (video), de reden om naar El Calafate te gaan, is een highlight van een reis naar Zuid Amerika. Het is een gletscher die vanaf de bergen aangroeit en langzaam afbrokkelt in het meer. Het is een prachtige dag met een strakblauwe lucht en een aangename temperatuur en we zijn op de beste tijd van het jaar, aan het einde van de zomer, om het afbrokkelen te zien; niet voor niets staan professionele fotografen en filmers klaar met hun apparatuur om de jaarlijkse ineenstorting (ruptura 2016 horen we op de radio) vast te leggen De reisgids waarschuwt dat de meeste toeristen zich tevreden moeten stellen met de geluiden en de kleuren, maar wij hebben geluk. We horen het rommelen als van onweer ver weg, we zien de gekromde punten waar kobaltblauw licht doorheen schijnt, die aan een ontwerp van Gaudi doen denken. Maar we zien ook hoe regelmatig met veel geraas grote stukken afbreken en in het meer storten. Een tunnel waar smeltwater doorheen stroomt stort grotendeels in. El Chiltén in het noordelijke deel van het Parque Nacional de los Glaciares (video) is een uitstekend wandelgebied. Op de camping herkennen we de recreatieruimte van de foto's van overlanders die hier dagen wachtten op mooi weer om een trek te gaan maken. De eerste dag begint slecht: bij het ontbijt laat een kroon van Margriet los. We gaan naar het lokale gezondheidscentrum waar tot onze verassing een tandarts zou moeten zijn, maar die is een maand weg en worden we verwezen naar El Calafate, driehonderd kilometer terug. Daarom wagen we het er voorlopig maar op om verder te gaan zoals gepland. De begint blauw met donkere wolken, maar het trek snel helemaal dicht en het begint te miezeren. Overal zien we rugzaktoeristen, hangend en wachtend op beter weer, liftend om uit de regen weg te komen of dapper fietsend. De volgende ochtend worden we wakker onder een blauwe lucht en maken daarom alsnog de wandeling naar het Fitz Roy viewpoint, een prima trip met perfecte plaatjes. Carnet de PassagesWe zien ook dat de ADAC de borg voor ons Carnet heeft teruggestort. Dat is eenvoudig gegaan: Carnet met tijdelijk invoerbewijs van Uruguay en Argentinië teruggestuurd en dat was alles; binnen een paar dagen kwam het geld. Prima organisatie de ADAC. We mogen blij zijn dat we als Nederlanders met de ADAC te maken hebben (uitbesteed door de ANWB), beter dan ongeveer alla andere automobielverenigingen.
Buenos Aires, adiósNa de cursus Spaans zijn we nog een paar dagen in Buenos Aires. We maken de street art tour, een wandeling van ongeveer drie uur langs el selectie van de muurschilderingen die je overal in buenos Aires vindt. In Buenos Aires is alleen toestemming van de muureigenaar nodig om street art te mogen maken en er is door de politieke historie een cultuur ontstaan waar dat vaak gebeurt. De laatste dag gaan we naar Tigre, aan het begin van de Rio de la Plata delta, ongeveer een uur met de trein; wel weer eens fijn om even de stad uit te zijn (video). "Echt leven" zien we weinig tijdens de rondvaart die we maken: het zijn vooral weekend- en vakantiehuizen. We zijn blij dat we eindelijk verder kunnen, maar neemt vooral Jan toch met een beetje pijn in het hart afscheid van Buenos Aires. Na meer dan drie weken zijn we ons er helemaal thuis gaan voelen en lijkt het of we er gewoond hebben. We steken met de boot over naar Colonia de Sacramento in Uruguay. Colonia was de eerste nederzetting van de Portugezen in Zuid Amerika en staat nu op de UNESCO werelderfgoedlijst. Het is een leuk plaatsje met een mooi oud centrum. We overnachten in een AirBnB en gaan de volgende dag met de bus van Colonia terug naar Montevideo waar we weer hartelijk worden ontvangen door Lílian. CarnavalDoordat Dappere Dodo de vrijdag voor het carnavalsweekend aankomt moet we twee dagen extra wachten. Voordeel is wel dat we het carnaval in Montevideo kunnen meemaken; het is een van de plekken waar dat het uitbundigst gevierd wordt. Het bestaat uit twee delen: veertig dagen voorstellingen in een groot theater en twee dagen mallejas (optochten). De voorstellingen gaan over lokale situaties in snel Spaans en zijn dus voor ons niet weggelegd. De optocht op de eerste avond lijkt veel op het feest van vorige maand. Het is jammer voor de foto's dat het pas 's avonds begint, maar begrijpelijk gezien de temperatuur. De tweede avond is de finale. Er staan rijen bankjes waarvoor van te voren een kaartje gekocht had moeten worden. We gaan op een willekeurige vrije plek zitten en hebben geluk: we zitten er twee uur voor de rechthebbenden komen opdagen. Het is een kleurrijke vertoning waarbij alle groepen hetzelfde patroon volgen: mannen die met grote vlaggen zwaaien, dansende vrouwen met prachtige, soms weinig verhullende kostuums, enkele oudere paren en een groep drummers. Iedere wijk heeft zijn eigen groep. De optocht is nog in volle gang als we tegen twaalven gaan we naar huis gaan, maar we hebben weer geluk: vijf minuten nadat we binnen zijn gaat het gieten en blijkt de rest van de optocht te worden afgelast. Die wordt de volgende avond ingehaald, zodat we niet alleen een extra voorstelling krijgen, maar ook zonder problemen een zitplaats op de eerste rij vinden (video). Eén middag gaan we op zoek naar Yasha en Jürgen, een Australisch/Duits paar dat al heel lang in Zuid Amerika rondreist en nu in Montevideo staat. Het valt op in Montevideo dat op zoveel plekken krediet wordt aangeboden, niet alleen op grotere produkten, maar ook door allerlei kantoortjes en dat werkelijk woekerrentes gevraagd worden: 6000 peros terug te betalen in 12 termijnen van 620 pesos. Dat komt op zo'n procent of 40; er is dan wel veel inflatie, maar toch… We kunnen verder weinig doen dan wachten, Spaans leren en een keer een markt bezoeken (video). We zien later hetzelfde in Argentinië: in de supermarkt wordt gevraagd of je de boodschappen in termijnen wilt betalen. Eindelijk, Dappere Dodo terugWe hebben al het papierwerk dat voor aankomst van Dappere Dodo gedaan kon worden gedaan en al verlekkerd naar de boot staan kijken, maar op de woensdag na carnaval gaat het echt gebeuren; we zouden donderdagmiddag weg moeten kunnen. Met Eduardo, onze clearing agent gaan we een stuk of vijf dollarhongerige loketten en nog wat andere onduidelijke kantoortjes af. Even dreigt nog vertraging door de zoveelste fout van de Namibische shipping agent, maar Eduardo die iedereen kent lost dit op. Er zijn mensen die proberen hun auto zonder clearing agent het land in te krijgen, maar we zijn blij dat we een agent hebben. Bijna drie maanden nadat we Dappere Dodo in Walvisbaai de container inreden rijden we in Montevideo het haventerrein af. We kunnen eindelijk weer eens buiten overnachten in plaats van in een huis in de stad. We rijden naar Paraisa Suiza, een goede camping om een trip te beginnen en te eindigen, maar het is wel een beetje een incrowd van Duitse bejaarden waar we ons niet helemaal thuis voelen. hoewel onze eigen plek weer veel goed maakt. We zijn de hele dag om de auto weer klaar te maken voor langere afstanden, kleding te luchten en te wassen en alles wat we hebben meegenomen een plekje te geven. Voor de onvoorziene maand in Buenos Aires hebben we extra kleren moeten meenemen en die moeten nu allemaal weer een plekje krijgen. Ook rijden we 75 km heen en weer naar een behoorlijke supermarkt. Wat dat betreft verschilt het niet zoveel van Namibië. We willen graag snel verder en besluiten daarom niet direct alle uit Nederland meegenomen spullen in te bouwen. Het belangrijkste dat we eerst moeten regelen is gas: we mochten geen volle tanks op de boot meenemen en ieder land in Zuid Amerika heeft een ander systeem. Ondanks de collectie verloopnippels die we in Nederland gekocht hebben is het vlot kopen van gas dus niet vanzelfsprekend. We gaan achter gas aan bij een distributiecentrum, maar dat is in het weekend dicht, dus we gokken er maar op dat het in Argentinië lukt. Vanaf Colonia varen we terug naar Buenos Aires en belanden bij een camping 70 km van de stad. Volgens iOverlander, de bijbel voor zuidamerikareizigers, is er in Buenos Aires een winkeltje aan huis dat gas verkoopt. Het treft: het winkeltje is op zondagochtend open en kan zonder problemen onze Zuidafrikaanse tanks vullen. Dit betekent dat we nu eindelijk echt op weg kunnen. 3000 kilometer pampaWe beginnen aan de 3000 km naar Ushaia in Patagonië. De eerste echte etappe is de pampa van de verhalen: kaarsrechte wegen langs eindeloze velden met hoog gras met héél veel grazende koeien, af en toe afgewisseld door een veld met zonnebloemen. We rijden verder naar een camping die een combinatie van kerk, museum, hotel, dagrecreatiestrand en museum is, heel apart. De weg vervolgt als een eindeloos recht traject met alleen pampa en nauwelijks mensen, een soort woestijnrit, maar dan in het groen; kaarsrechte wegen, zodat je 's ochtends kunt zien waar je 's avonds kampeert. Op een omweg die we maken hebben we weer eens gravel, soms door diepe plassen. Voor de eerste keer sinds we met Dappere Dodo op reis zijn gebruiken we de DiffLock. Het karakteristieke Patagonië kenmerkt zich door vooral lage struiken, nauwelijks bomen, leegte en een voortdurende harde wind. Nu is het zomer en schijnt de zon lekker, maar hoe is het in de winter? Wanneer we een keer koffie willen gaan drinken waait het zo hard dat een van de portieren met een klap open slaat en daarna niet meer open wil omdat de scharnieren ontzet zijn. Gelukkig lost een garage het probleem met een prop textiel en een schroevendraaier binnen tien minuten op. Argentijnen kamperen graag en niet allemaal met een caravan of camper, maar nog gewoon met een tent. Onder de campers zie ze wel hebben zijn heel bijzonder old-timer-exemplaren. Aan het einde van de eerste dag is het nog even schrikken: we pikken op de camping met Dappere Dodo een draad mee die boven de grond naar een lantarenpaal gaat die zo verroest is dat niet de draad breekt, maar de bovenkant van de lantarenpaal die tegen Dappere Dodo aan slingert. Gelukkig hebben we geen schade. Voor het eerst sinds heel lang kamperen we weer eens wild, op een mooie plek aan zee. Hoewel we in verband met de naderende winter niet teveel tijd willen verliezen kunnen we toch nog wat sightseeën. We maken een wandeling in Sierra de la Ventana, een steile klimpartij door een beek, we zien een van de grootste zeeleeuwenkolonies ter wereld in Punta Bermeja en gaan op zoek naar een grote papegaaienkolonie. We bezoeken Península Valdés, een UNESCO world heritage site, beroemd om zijn dierenkolonies (video). We zijn niet op de goede tijd voor walvissen, maar we zien wel zeeleeuwen, zeeolifanten en pinguïns. De zeeolifanten zijn bijzondere dieren: ze kunnen wel een kilometer diep duiken en anderhalf uur onder water blijken; een volwassen exemplaar weegt tweeduizend kilo. Leeftijd en postuur geen bezwaarDe reis van Bladel naar Montevideo verloopt zonder incidenten, maar is wel een hele zit. We overnachten bij Lilian in een via AirBnB gevonden een huis waar vier generaties wonen en niemand iets kan weggooien: het ligt vol met snuisterijen, plakboeken en oude schoolboeken, tussen de planten staat ergens een kerstboom; geweldig. Alleen het transport van Dappere Dodo wordt steeds zorgelijker: de geschatte aankomstdatum is weer 11 dagen naar achteren geschoven en bovendien hebben we geen duidelijkheid over waar hij is en met welk schip hij de oversteek naar Montevideo maakt. Maar na een afspraak met de clearing agent die de inklaring in Montevideo zal afhandelen wordt het aanzienlijk helderder. Hij wijst ons naar een plek op internet waar de de status van de container kunnen vinden. De laatste aankomstdatum wordt bevestigd en we kennen nu ook de route. Hij blijkt een stuk meer van de wereld te zien dan wij: een maand op de kade in Namibië, daarna naar Kaapstad, op een tweede schip via Las Palmas en Londen naar Rotterdam en daarna op een derde schip via Londen, Hamburg, Antwerpen, Le Havre, twee plaatsen in Brazilië en Buenos Aires naar Montevideo. Later realiseren we ons dat Dappere Dodo net voor carnaval aankomt. Het goede nieuws is dat we carnaval in Montevideo gaam meemaken, een plaats waar dat uitgebreid gevierd wordt, het slechte nieuws is dat het nog langer zal duren voor we met Dappere Dodo op pad kunnen. Onze laatste dag in Montevideo is een nationale feestdag. We lunchen in een ouderwetse boekwinkel met restaurant. 's avonds gaan we met Lilian naar de festiviteiten: luid trommelende, met vlaggen zwaaiende en met veel plezier dansende groepen. Leeftijd en postuur zijn hierbij geen enkele beperking (video). Blue dollarMet een speedboat zijn we binnen drie uur in Buenos Aires. Sinds de regeringswisseling zijn de officiële wisselkoersen weer ook de werkelijke koersen, dus het is niet meer nodig op straat te wisselen, hoewel dat nog volop wordt aangeboden: de bekende blue dollar. Toch is de aandrang groot dat de volgende keer weer wel te doen: we staan anderhalf uur te wachten om te wisselen bij de bank, want er zijn wel zes mensen voor ons; later blijken pinautomaten probleemloos te werken. We zitten twee nachten in een hostel midden in het centrum. Ons hostel heeft echte jeugdherbergkarakteristieken: we krijgen een polsbandje en moeten twee blikjes bier naar binnen smokkelen. Daarna verhuizen we van het hostel naar de homestay van Valeria en Gislano. Het is een smaakvolle, goed ingerichte plek met een mooie keuken. We gaan het er wel drie weken uithouden. Buenos Aires bevalt prima en de gebouwen, het groen, de parken en de dynamiek doen net als Montevideo in veel opzichten aan Barcelona denken, maarhet is levendiger, heeft meer Franse accenten en is beter onderhouden. Ook de grote culturele belangstelling is opvallend: niet alleen zijn er heel veel boekhandels, maar ook krijgen artiesten die in de ondergrondse komen spelen steevast applaus en ook bijna altijd geld. Ook de correctheid valt op, in een keurige rij op de bus wachten en als we bij de bakker niet meteen in de gaten hebben dat er nummertjesautomaat hangt en daardoor een nummertje van "na onze plaats" hebben wordt spontaan aangeboden nummertjes te ruilen. Kom daar in Nederland maar eens op, zeker als het brood bijna op is. Winkels zijn duur en hebben een beperkt assortiment: basisvoedsel als pindakaas vind je in de Chinese wijk, naturel yoghurt en blikjes sperciebonen vinden we niet terwijl een pot Nutella €8 moet opbrengen. De Argentijnse specialiteit empanados (gevulde deeglapjes) en restaurants waar je uit heel veel gerechten kunt kiezen en per kilo afrekent vallen wel in de smaak. Spaanse lesDe volgende weken hebben we iedere dag Spaanse les bij El Pasaje (zie beschrijving), de eerste week 's middags, daarna 's ochtends waarin we onze kennis van 35 jaar geleden ophalen en heel veel bijleren. Met het nodige huiswerk een behoorlijke klus. De docenten spreken het lokale accent en op normale snelheid "omdat dat is wat je buiten op straat hoort", maar maken met hun lichaamstaal vel duidelijk. Onze huisgenote, Melissa, blijkt in dezelfde groep te ziten. Latino temperamentUiteraard hebben we ook tijd voor bezienswaardigheden, zoals Ricoleta, een wijk met onder andere heel grote, oude bomen en een beroemd kerkhof. De graven zijn kunstwerken, allemaal anders en zo groot als tuinhuisjes. Ook gaan we naar El Ataneo een gigantische boekhandel in een voormalig theater compleet met toneel, balkons en een plafondschildering. Helaas hebben ze er geen fatsoenlijk vogelboek. Dat vinden we even later wel in een veel kleinere boekhandel; niet goedkoop en weliswaar in het Spaans, maar daar doen we uiteindelijk een cursus voor. Op zondag gaan we naar de oude wijk San Telmo: een eindeloze, kleurige rij kraampjes met de meest uiteenlopende spullen. Na Afrika valt het des te meer op met hoeveel meer fantasie de dingen bedacht worden. Niet twintig kramen met exact hetzelfde, maar heel veel variatie. Aan het einde van de middag wordt de markt op het centrale plein leeg gemaakt om ruimte te maken voor de tangodansers: eerst door een professionele dansers, daarna door iedereen die daar zin in heeft, jong en oud, mooi en lelijk, hoge hakken en sportschoenen, wat een fantastische stad toch. En direkt ernaast een terrasje inde avondwarmte; het kan allemaal minder. We eten in de wijk Palermo, een leuke wijk met veel terrasjes een keer empanadas met Maarten en Marion die net als wij op hun auto wachten en die we eerder in Zimbabwe ontmoet hebben. Ook in Palermo gaan we met Gislano en Valeria naar een milonga, tango dansen zoals de Argentijnen dat zelf doen. Niet veel zwaaien met armen en benen, maar zorgvuldige, gebalanceerde passen. Mannen hebben het initiatief in de dans zelf en ook bij het vragen van de danspartners. Onze gastvrouw legt uit wat ze doet om te zorgen dat ze met de mannen danst met wie ze wil dansen, een heel ritueel. Desondanks wordt Jan die denkt veilig te zijn prompt door een onbekende dame ten dans gevraagd (het blijkt dat de zaal waar we zijn een uitzondering is en dat daar vrouwen wel het initiatief kunnen nemen); hij neemt na nul tangolessen de uitnodiging maar niet aan. Ook Maarten en Marjon komen nog even kijken. Zij zijn snel weer weg want ze kunnen de volgende dag hun auto ophalen. Op de Plaza de Mayo, het beroemdste plein van Buenos Aires, zien we de rondgang van de Madres de Plaza de Mayo die veertig jaar na de laatste dictatuur waarbij 30.000 mensen verdwenen nog steeds wekelijks oproepen tot het berechten van de schuldigen aan het verdwijnen van hun kinderen. We zijn in Argentinië in een turbulente politieke periode: de centrumrechtse regering is bezig om economische uitwassen te repareren, maar heeft minder oog voor de sociale problemen die mensen ervaren. Hier verschillen met latino-temperament de meningen over. |
NieuwsbriefWanneer het internet te langzaam is of gecensureerd wordt kunnen we soms onze site niet bijwerken. We publiceren dan een nieuwsbrief. Meld je aan voor updateberichten om hem te ontvangen.
BlogBlog van onze reizen. Selecteer "Trip ..." in categoriën hieronder om een specifieke reis te kiezen en "Land..." voor een bepaald land.
Categorieën
All
Archief
January 2020
|