Bahir DarWe houden een rustige dag op de camping. We zien weer hetzelfde dat we steeds gezien hebben: het groen wordt heel mooi verzorgd, maar hang- en sluitwerk, sanitair en elektriciteit is gammel en vies. De verlichting doet aan een gevangenis denken, maar het eten is goed en goedkoop (video). Jan gaat naar de kapper. Waar dat in de Emiraten goed en goedkoop was, is het nu geen succes. De kapper verteld dat hij nooit opgeleid is, maar dat het kappen een familietraditie is, zijn vader en broer doen het ook. Helaas, de coiffure van Jan roept na deze operatie net iets te veel associaties met bloempotten op. Ze zijn hier gewend aan kroeshaar en dat is dus te merken. We ontmoeten Colin en Diana uit Engeland. Ze zijn al zestien maanden onderweg in Afrika en zijn nu aan het uitpuzzelen hoe ze in Europa kunnen komen. Ze zitten boordevol tips. Ook Pim is uit Soedan aangekomen en staat onverwacht op de camping. We maken afspraken met Pim om samen naar de Danakil Depression te gaan. Het valt weer op hoeveel mensen er overal rondlopen, zeker rondom de dorpen, maar ook daarbuiten. Wanneer er markt is in een dorp trekken er hele drommen naartoe. Maar ook wanneer je denkt een rustig lunchplekje op een berg te hebben staan er drekt twaalf kinderen om je heen die blijven staren tot je vertrekt. Eigenlijk wel begrijpelijk, want wij zijn minstens zo bezienswaardig als zij en wij komen ook naar hen kijken. Zeker in de dorpen is de armoede groot: iedereen loopt in oude, vieze kleren. Het valt op hoe laag de gemiddelde leeftijd is van de mensen. Het heeft waarschijnlijk te maken met de hoge kindersterfte. Nog niet zo lang geleden werd een op de drie kinderen in bepaalde gebieden vijf jaar, nu een op de twee. Het betekent wel dat de bevolking anderhalf keer zo snel groeit. De lage levensverwachting van jonge kinderen verklaart ook waarom ouders er weinig in investeren. Ze krijgen pas hun echte naam als ze vijf zijn en er wordt weinig aandacht besteed aan het bijbrengen van kennis en vaardigheden in de levensfase dat ze er het meeste voor open staan. Ze moeten ook al heel snel een economische bijdrage gaan leveren, al is het maar passen op een jonger broertje of zusje of het verkopen van kauwgum. Het valt ook op hoeveel auto's van internationale hulporganisaties er rondrijden. Het is voor ons niet duidelijk of het een probleem oplost of het in stand houdt. Iedere buitenlander wordt in elk geval met bedelen benaderd. Ook de jongste kinderen zullen altijd om geld en pennen vragen. Maar in het algemeen zijn de mensen vriendelijk en vrolijk. Er is in elk geval veel meer leven dan in de Arabische landen. GonderWe zijn nu bijna verlost van de oproepen tot gebed om vijf uur 's ochtends, maar daar zijn kerkdiensten die om half vijf 's ochtends beginnen, drie uur duren, in de loop van de dag herhaald worden, net zo weinig melodieus zijn als de Islamitische gebedsoproepen en via luidsprekers over de omgeving worden uitgespreid voor teruggekomen. In een plaats als Gonder met 44 kerken waar dit door elkaar gebeurt leidt dit tot een kakefonie die niet echt aantrekkelijk is. We overnachten op de binnenplaats van het Belegez Pension, een bekende plek voor overlanders. De kerk Debre Berham Selassie heeft waarschijnlijk de mooiste verzameling schilderingen van Ethiopië. Ze stammen uit de zeventiende eeuw. Vooral de 104 mysterieuze gezichten op het plafond zijn bijzonder. We komen bij een groep kerkgangers die aan de "koffie na de dienst", in dit geval injera (het nationale "staple food" van Ethiopië) en een drank waarvan we niet kunnen achterhalen wat het is. Wanneer we veertien dagen blijven kunnen we worden ingewijd in de gemeenschap (video). We zien er maar van af. Ook uit de zeventiende eeuw is de Royal Enclosure (video). Het is een verzameling kastelen die naast elkaar op een terrein staan: iedere nieuwe koning bouwde zijn eigen kasteel. Het is nu een Unesco Heritage. Het is ook een prima decor voor bruidsfoto's (video) Onderweg van Gonder naar Debark vinden we een begrafenisstoet op onze weg: echt Noord-Ethiopisch met heel veel mensen in witte gewaden (video). Simien Mountains National ParkSimien Mountains National Park (video) is een berggebied tot vierduizend meter hoogte. We rijden naar het uitgangspunt Debark (video) en overnachten op de binnenplaats van het Simien Park Hotel. Onderweg komen we een heel grote begrafenisstoet tegen. We regelen de dagtocht en gaan nog even Debark in. Wat een chaos en armoede! Zo hebben we het nog niet eerder gezien! Met alle toeristen die het park ingaan moet een scout mee, zogenaamd voor als er ooit een luipaard voorbij komt, maar vooral voor de werkgelegenheid. Het is even puzzelen, omdat Dappere Dodo niet is ingericht op het meenemen van passagiers, maar we kunnen de scout na wat aanpassingen achterin laten zitten. Hij ziet er indrukwekkend uit met zijn kalashnikov en camouflagekleding en is ook nog wel nuttig om paadjes en beesten aan te wijzen. Het hoogtepunt van het park is de gelata baboons. Die klimmen ' s ochtends tegen de steile kloofwand omhoog om boven gras, hun enige voedsel, te eten. We zitten tussen een groep van wel tweehonderd apen, op een paar meter afstand. Ze gaan gewoon door waar ze mee bezig zijn, zonder zich iets van je aan te trekken. Er zijn prachtige uitzichten over de kloof, waar we ook nog klifspringers zien. We gaan tot 3350 meter hoogte, maar Dappere Dodo trekt het probleemloos. AxumHet eerste deel weg van Debark naar Axum is landschappelijk prachtig, maar onverhard en kwalitatief heel slecht. Er wordt volop aan de weg gewerkt, maar dat betekent vooral stoffige vrachtauto's en wachten op het vrijmaken van wegversperringen. Met een gemiddelde snelheid vsn 25 km per uur betwijfelen we of we Axum voor donker zullen halen. Gelukkig is de tweede helft geasfalteerd, zodat we zelfs nog tijd hebben om naar de markt te gaan. We overnachten op de binnenplaats van het Africa Hotel. We krijgen er de sleutel van een kamer voor de douche en het toilet. Axum heeft een eeuw lang de handel via de Rode Zee beheerst en was daardoor het centrum van een machtig rijk. Koningen en handelslieden lieten obelisken oprichten waarvan een klein gedeelte opgegraven en verspreid over Axum te vinden is. Het zou ook het centrum van het rijk van de koningin van Sheba geweest zijn. Een waterrreservoir dat nu nog gebruikt wordt zou uit haar tijd zijn. Axum is zich duidelijk op het toerisme aan het richten. Er is heel veel nieuwbouw en pinautomaten staan overal, soms zelfs nog op een pallet of in verpakking. Ook de bestrating wordt erg opgeknapt. Als je er pas rondloopt zijn alle gidsen, tuk-tukbestuurders, souvernirverkopers en andere mensen die hun goederen en diensten aanbieden storend (zo erg hebben we het deze reis nog niet meegemaakt), maar als ze je gaan herkennen en weten dat je toch niets koopt wordt het gezeur vanzelf minder: de eerste dag werden we op een traject twaalf keer aangesproken, de tweede dag op hetzelfde stuk nog maar twee keer. Voor de St. Mary of Zion churches moet een absurde toegangsprijs van tweehonderd birr (€ 8) per persoon betaald worden. Op het terrein zijn nog wat brokken van de eerste kerk van Ethiopië, de oude kerk die wegens restauratie niet toegankelijk is, de kapel waar de ark des verbonds bewaard zou worden, een museum en een grote nieuwe kerk. De kapel met de ark is alleen voor één priester toegankelijk, zelfs de bisschop mag hem niet zien en ook voor ons wilden ze geen uitzondering maken. Het museum heeft mooie vergulde koningskronen, kledingstukken, etc., maar het is ongelofelijk hoe de spullen zijn opgesteld. Alles ligt neergesmeten in oude, vieze kasten en de verlichting bestaat uit wat TL-buizen aan het plafond waarvan tachtig procent niet werkt. Rondom de kasten ligt rommel. De grote nieuwe kerk is niet heel bijzonder, maar voor een fooi wil een hulppriester een vijfhonderd jaar oud boek voor ons openmaken. Zowel de kerk als het museum zijn op slot en worden speciaal voor ons opengemaakt. Buiten Axum is de plek waar de obelisken gemaakt werden (video). We zien de grote stenen waarin rijen gaten geboord zijn. In de gaten werd hout gestoken dat werd natgemaakt. Door het uitzetten van het hout spleet de steen. Vlak erbij is de Leeuwin van Gobedra. Het een reliëf in de rotsen van een leeuwin, volgens de legende ontstaan door een gevecht van aartsengel Michael. Wat betreft de verkrijgbaarheid van levensmiddelen zijn we op het dieptepunt van de reis tot nu toe. Fruit is er nauwelijks, groente beperkt zich tot aardappelen, uien, bieten, wortelen en spinazie en zuivel is er ondanks de vele koeien helemaal niet. De grond is vruchtbaar genoeg om heel veel andere dingen te verbouwen, maar Ethiopiërs zijn heel weinig geneigd nieuwe dingen te proberen. Heel veel jonge mannen willen alleen gids zijn om op een gemakkelijke manier aan geld van toeristen te komen. Maar we spreken ook mensen die wel idealen hebben en hun land vooruit willen helpen. Onderweg naar de markt ontmoeten we bijvoorbeeld een jongen van veertien die heel goed Engels spreekt en demonstreert all hoofdsteden van Europa te kennen. Zijn ambitie is om oogarts te worden, omdat er in Ethiopië zoveel blinden zijn. Hij komt uit een gezin van vijf kinderen. Zijn vader is bewaker in het bos en zorgt ervoor dat mensen geen bomen kappen voor brandhout; zijn moeder maakt soms manden die ze op de markt verkoopt. Op zaterdag zijn de belangrijke markten van Axum: de veemarkt (video), de algemene markt (video) en de mandenmarkt (video). Wanneer we bij de veemarkt komen is het nog niet zo druk, maar we zien wel op alle wegen mannen met kuddes naar de markt toe komen. Een koe is te koop voor tweehonderd euro. De algemene markt is wel heel druk. Het assortiment is niet uitgebreider dan wat we eerder gezien hebben, maar nu zitten overal vrouwen die de handelswaar die ze uit hun dorp hebben meegebracht proberen te verkopen. MekeleMekele wordt het startpunt van onze excursie naar de Danakil Depression. De route van Axum naar Mekele gaat door heel mooi, bergachtig gebied. In Mekele staan we weer bij een hotel, het Hilltop Hotel, en krijgen een kamer voor douche en toilet. Vanuit Mekele bezoeken we drie van de honderdvijftig uit rotsen uitgehouwen kerken: Chirkos, Abraha Atsbeha en Dugem Selassie (video). Ze zijn niet zo perfect als de kerken in Lalibela, die we tijdens onze vorige trip gezien hebben, maar toch indrukwekkend. De route gaat door prachtig, bergachtig gebied. We zien weer veel heel mooie, grote bomen en verbazen ons dat er nog zoveel staan die niet als brandhout verdwenen zijn. Voor het eerst hebben we het soort problemen met Ethiopiërs waar we veel klachten over gehoord hebben. Bij Abraha Atsbeha ontstaat zo'n groot conflict over betaling van toegang dat de priester (als hij die naam mag dragen) begint te dreigen met stokken en stenen, bij Dugem Selassie hebben we discussie met iemand die beweert officiële gids te zijn en een buitensporig bedrag wil hebben en tijdens de lunch hebben we de gebruikelijke toeschouwers, waarvan een een schaar van onze tafel pikt die we na achtervolging terugkrijgen. Later blijkt dat er wel een mes verdwenen is. Tenslotte hebben we bij het hotel een langdurig meningsverschil over electriciteitsgebruik en is er een broek die te drogen hing verdwenen. Sowieso is Ethiopië druk bezig zich uit de toeristische markt te prijzen met toegangsprijzen voor kerken van vier tot acht euro per persoon per kerk. We ontmoeten Pim weer met wie we samen de Danakil-trip zullen doen. Hij is slachtoffer geworden van een bekend Ethiopisch fenomeen: acterruit van de auto kapotgegooid met een steen. Danakil DepressionDe Danakil Depression is een buitengewoon onherbergzaam gebied in noord-oost Ethiopië (video). Het ligt honderd meter onder zeeniveau en is een van de warmste gebieden op aarde. Het wordt bewoond door de Afar, een nomadisch, islamitisch volk dat leeft van kamelenteelt en zoutwinning. In het gebied is de Erta Ale-vulkaan. De rit naar de vulkaan gaat over een buitengewoon slechte weg. Voor de laatste tachtig kilometer is zes uur nodig. De laatste vijftien kilometer gaan over een pad door het lavagesteente. Omdat toeristen die de rit met eigen auto maken er bijna altijd met grote (banden)schade uitkomen, besluiten we samen met Pim en Marjan aan een georganiseerde tour van vier dagen mee te doen. Er doen ook twee Franse overlanders mee. De eerste dag eindigt in Hamed Ela, een dorpje zonder waterleiding of electriciteit, nadat we onderweg de permits hebben gehaald en twee politieagenten hebben opgepikt die de verdere reis met ons mee zullen gaan. Onderweg komen langs een kamp met vluchtelingen uit Eritrea. Alles wat nodig is voor de overnachting is met onze LandCruisers meegekomen, waaronder matrassen, al het water en al het eten. Alleen kale houten bedden komen uit het dorpje, waar we in de open lucht op slapen. Het dorpje is ook de basis voor militairen in het gebied, dat dicht bij Eritrea ligt. Bij hun verblijf gaat van half zeven tot tien uur de electriciteitsgenerator aan, zodat er vanaf acht uur koud bier is en TV gekeken kan worden. De GSM-mast werkt van acht uur 's ochtends tot middernacht. De dorpsbewoners wonen in huizen van eucaliptushout dat overspannen is met palmmatten en water komt uit de rivier verderop. Er is wel een schooltje waar 's winters van zes uur tot elf uur lesgegeven wordt; daarna is het te warm. Dit is het winterverblijf. In de zomer gaan de bewoners naar de hoogvlakte, waar het minder warm is. De tweede dag gaan we verder richting vulkaan. We zijn blij dat we Dappere Dodo niet aan deze beproeving blootgesteld hebben, maar het is wel leerzaam om te zien hoe onze chauffeur door de zandsporen worstelt. Voor we vertrekken zien we een groepje mensen zitten wachten of er een vrachtauto naar Mekele gaat. Als er vandaag geen komt zitten ze er morgen weer. Het laatste stuk naar de vulkaan is een voettocht van zeven kilometer over hobbelige lavapaden waarvan we het grootste gedeelte in het donker afleggen. Intussen zijn er ook militairen voor bewaking gekomen. Het schouwspel van de vulkaan is adembenemend: een gloeiend hete, kolkende massa waar steeds op andere plaatsen vuursporen en stenengooiende vuurbubbels te zien zijn (zie video). We overnachten vlakbij de vulkaan en gaan 's ochtends vroeg nog een keer kijken terwijl de zon opkomt. Dan zien we ook de massa grijze lava die langzaam golft tussen het vuur. Als we teruglopen, nu bij daglicht, zien we ook de fantastische vormen waarin het lava is terechtgekomen: soms is het als een versteende vloeistof die langzaam gestold is, soms is stolsel gebroken in messcherpe stenen. Nadat we een deel van de terugrit gemaakt hebben gaan we naar een zoutmeer (video). In vergelijking hiermee zijn de zoutvlaktes die we in Iran en Tunesië gezien hebben kinderspel. Ze zoutlaag is achthonderd meter die en ontstaan in de tijd dat het gebied nog met de Rode Zee verbonden was. Op de laatste dag gaan we naar Dalol, een vukanisch veld met prachtige gele zwavelstructuren (video ), grillige heuvels met grotten (video) en borrelende watertjes (video). Tenslotte gaan we naar de zoutwinning (zie video). Dit wordt al twee duizend jaar gedaan en gebeurt ook nu nog op traditionele manier: platen zout worden losgehakt uit de grond, tot rechte blokken gehakt en met een kamelenkaraan in een tocht van een week naar Mekele gebracht: ongelofelijk inspannend on het hele jaar door in de verzengende hitte te doen. We hadden slechte verhalen gelezen over de reisbureaus die Danakil-tours organiseren, maar zijn heel tevreden over de opzet van de trip. Het eten was goed en vegetarisch, behalve op de laatste dag toen in een dorp een geit gekocht werd, die werd geslacht voor het diner. Overnachtingen waren zo goed als de omstandigheden het toelieten, er was voldoende begeleiding en aandacht voor speciale behoeftes. We praten met Yonas, onze gids, over de economische en sociale uitdagingen van Ethiopië. Hij is optimistisch: er word minder geld uitgegeven aan het leger, omdat de meeste conflicten met buurlanden zijn opgelost en geld nu besteed wordt aan infrastructuur en scholen. De opgave is ook niet gering: 52% van de bevolking is jonger dan vijftien jaar, een bevolking die groeit met 2,5% per jaar, zodat Ethiopië nu bijna negentig miljoen inwoners heeft. Veel infrastructuur wordt gefinancierd en gebouwd door China, de dreigende nieuwe koloniale macht. Dertig procent van de Ethiopische bevolking is islamitisch, de helft othodox christelijk; in tegenstelling tot in veel andere landen leven beide bevolkingsgroepen harmonisch samen. Yonas is niet van plan een gezin van dertien kinderen te stichten, zoals nu gebruikelijk is als oudedagsvoorziening: over twee jaar heeft hij voldoende geld verdiend en is dan dertig. Hij gaat dan een vrouw zoeken en wil één kind; "Je moet geld hebben of een goede baan, anders moet je geen kinderen nemen." Als we terugkomen in Mekele wacht ons een onaangename verassing: de accu's van Dappere Dodo zijn leeg, waardoor hij niet meer start. Met hulp komen we bij het Hilltop Hotel, handig om de volgende dag van de helling af de motor aan de gang te krijgen. Het blijkt dat een accu versleten is. We starten voorlopig op de andere, maar moeten hem in Addis Abeba vervangen. Naar Addis AbebaDoor het gedoe met de accu vertrekken we pas aan het begin van de middag. We komen dan ook niet ver. We rijden door een mooi landschap met veel terassen, maar op het laatst mist het. We overnachten bij het Adahu Hotel in Maychew, geen aanrader. Wanneer we 's ochtends willen douchen ontaardt dit in een zwerftocht met personeel door het hotel, op zoek naar een kamer met douche waarvan de sleutel niet kwijt is en waar geen gast in blijkt te liggen, gevolgd door de mopperende oude hotelbaas die auto's op zijn binnenplaats eigenlijk maar niks vindt en bij iedere oplossing een probleem weet. De verdere tocht gaat door totaal ander landschap dan we sinds lang gezien hebben: alles is groen en overal zijn terassen tegen de bergen. Het is de hele dag bewolkt. Weer zien we de eindeloze stromen mensen die met hout, water, hooi of vee op weg zijn. Wanneer we richting hoogvlakte gaan begint het te regenen, de eerste regen die we zien sinds Shiraz (Iran); daarna belanden we in dichte mist. In de buurt van Addis Abeba verandert de omgeving weer: het is duidelijk welvarender met beter geklede mensen en betere huizen. Er zijn minder mensen op straat en ook koeien lopen niet meer op straat, maar in de wei. We zien boerderijen met lemen muren, rieten daken en natuurstenen omheiningen die zo het openluchtmuseum in zouden kunnen. We overnachten bij Daniel, de begeleider van onze eerste reis naar Ethiopië. Accu's, scheidingsautomaten en kookplatenWe beginnen weer meer moeite te krijgen om onze dieselkookplaat, die het sinds Turkije probleemloos gedaan heeft, 's ochtends aan de gang te krijgen. We merken dat de huishoudaccu's, die we voor we vertrokken vernieuwd hebben, al minder beginnen te worden, zodat de spanning te laag wordt als we stroom trekken om de gloeispiraal van de kookplaat op te warmen. Een truc die een tijd gewerkt heeft was om de motor even te starten, zodat door de dynamo de accuspanning omhoog gaat. Dit blijkt niet meer te werken. Na wat meten en testen is de voorlopige conclusie dat dit veroorzaakt wordt door de 70A dynamo die we vlak voor vertrek vervangen hebben door een 120A dynamo. Deze levert nu zoveel stroom aan de huishoudaccu, dat de scheidingsautomaat de koppeling van de accu's uitzet. Dit gebeurt bij meer dan 70A laadstroom.
0 Comments
Leave a Reply. |
NieuwsbriefWanneer het internet te langzaam is of gecensureerd wordt kunnen we soms onze site niet bijwerken. We publiceren dan een nieuwsbrief. Meld je aan voor updateberichten om hem te ontvangen.
BlogBlog van onze reizen. Selecteer "Trip ..." in categoriën hieronder om een specifieke reis te kiezen en "Land..." voor een bepaald land.
Categorieën
All
Archief
January 2020
|